- Investeert voortdurend in kennis
- Pro-activiteit
- Een persoonlijke service
- Pragmatisch & Dynamisch
- Uw boekhouding online
Interesse?
Contacteer ons vrijblijvend via onze contact- pagina of telefonisch via 055/30.14.41
Het einde van onbelast bijverdienen: wat verandert er in 2021?
Gepost op 15 januari 2021 in Fiscaliteit
Tot voor kort kon er voor bepaalde activiteiten bijverdiend of ‘geplust’ worden zonder hierop belastingen of sociale zekerheidsbijdragen te betalen. Deze regeling gold voor drie types van activiteiten, nl. het occasioneel klussen bij particulieren, het bijklussen bij een vereniging en het werken in de deeleconomie. Deze regeling werd in april vorig jaar echter vernietigd door het Grondwettelijk Hof en liep bijgevolg eind december ten einde. Dit betekent echter niet dat de gebruikelijke belastingtarieven gelden voor al deze voorheen onbelaste bijverdiensten.
- Voor wie bijverdient in de deeleconomie bestaat nu een permanent fiscaal gunstregime.
- Voor verenigingswerk in de sportsector is een tijdelijke regeling van kracht.
- Bijklussen bij particulieren of in socioculturele verenigingen kan daarentegen niet langer fiscaal voordelig.
Werken in de deeleconomie
Wie voor een platform in de deeleconomie werkt (vb. Deliveroo, Uber Eats, Het Bijlesbureau enz.) en niet meer dan €6.390 bruto per jaar bijverdient, ontsnapt aan btw- en sociale zekerheidsverplichtingen. Hier geldt een belastingtarief van 20%. Het is wel belangrijk om in acht te nemen dat ook inhoudingen zoals voorheffingen en commissies voor het gebruik van het platform in dat bruto-inkomen vervat zitten. De effectieve belastingdruk komt op 10% van de bruto-inkomsten, gezien hiervan een kostenforfait van 50% wordt afgetrokken. Vanaf 1 februari 2021 zullen deze platformen tevens zelf 10,70% bedrijfsvoorheffing dienen in te houden: de bijklusser zelf ontvangt dan een fiscale fiche om bij te houden bij de aangifte van zijn/haar personenbelasting.
Een concreet voorbeeld: een budgethouder met persoonlijk assistent via Helpper geeft zijn bijklusser €7 per uur, Helpper rekent €2 per uur administratiekosten. Op deze €9 wordt 10,7% bedrijfsvoorheffing ingehouden, waardoor de bijklusser uiteindelijk €6,10 netto overhoudt.
Van zodra het jaarplafond van €6.390 wordt overschreden, wordt het volledige inkomen – niet enkel het deel dat het plafond overstijgt – als beroepsinkomen aanzien en dusdanig belast. Bovendien moeten dan ook sociale zekerheidsbijdragen betaald worden. Let wel: dit jaarplafond geldt ook voor wie bijklussen in de deeleconomie met sportverenigingswerk combineert. De twee types activiteiten mogen samen dus ook maximum €6.390 bruto opleveren.
Dit fiscaal gunstregime werd permanent vastgelegd, maar geldt enkel voor wie werkt bij een door de overheid erkend platform. Een volledige lijst van de erkende platformen is terug te vinden op de website van de FOD Financiën.
Verenigingswerk in de sportsector
Ook wie tussen 1 januari en 31 december 2021 bij een sportvereniging bijklust, kan fiscaal voordeel genieten. Naast het jaarplafond van €6.390, is hier ook een maandplafond van kracht, afhankelijk van uitgevoerde activiteiten. Deze werden bij wet vastgelegd.
Voor onderstaande activiteiten geldt een maandplafond van €1.065:
- Animator, leider, monitor of coördinator die sportinitiatie geeft en/of sportactiviteiten begeleidt.
- Sporttrainer, sportlesgever, sportcoach, jeugdsportcoördinator, sportscheidsrechter, jurylid, steward, terreinverzorger-materiaalmeester of seingever bij sportwedstrijden.
Andere activiteiten zijn beperkt tot €532,50 per maand:
- Conciërge van sportinfrastructuur.
- Occasionele of kleinschalige hulp en ondersteuning bij het administratief beheer, het bestuur, het ordenen van archieven of een logistieke verantwoordelijkheid.
- Occasionele of kleinschalige hulp bij het maken van nieuwsbrieven en andere publicaties, zoals websites.
- Opleidingen, lezingen, presentaties en voorstellingen in de sportsector.
Opgelet: werken in onroerende staat, zoals het verbouwen van kantines of het aanleggen van terreinen, vallen niet onder verenigingswerk.
Bovendien moet de bijklusser vanaf 2021 minstens 18 jaar zijn en in de 12 tot 9 maanden voor de bijverdienste minstens 1 dag aan het werk geweest zijn als werknemer, ambtenaar of zelfstandige in hoofdberoep.
In tegenstelling tot het fiscaal gunstregime met betrekking tot de deeleconomie betreft het hier een tijdelijke regeling: voor de inkomsten na 2021 moet nog een definitieve regeling uitgewerkt worden.
Bijklussen zonder gunstregime
Andere vormen van bijklussen, bij particulieren (diensten van burger aan burger) of in socioculturele verenigingen, vallen terug op het ‘oude’ belastingregime. Indien het occasionele inkomsten betreft, voor sporadische en toevallige activiteiten, zullen deze als divers inkomen belast worden, dus aan 33%. Indien er echter sprake is van een echte nevenactiviteit, kan dit tarief oplopen tot wel 50%, aangezien de inkomsten hiervan als beroepsinkomen belast kunnen worden.
Voorheen onbelaste bijklussers die als persoonlijk assistent optraden voor houders van een persoonlijk-assistentiebudget of een persoonsvolgend budget kunnen hun kosten voor de in 2020 geleverde prestaties nog tot 1 maart 2021 indienen (na goedkeuring door de Vlaamse Regering wordt dit nog met één maand verlengd). De VAPH (Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap) zal de nog lopende registraties van overeenkomsten als einddatum 31 december 2020 geven. Om toch nog fiscaal voordeel te genieten, kan deze activiteit vanaf 2021 uitgeoefend worden via deeleconomieplatformen zoals Helpper of Trixoo.
Anders dan verenigingswerk, is vrijwilligerswerk niet verloond. Vrijwilligers kunnen echter wel vergoed worden voor hun kosten, in de vorm van een forfaitaire onkostenvergoeding of door een terugbetaling op basis van reële kosten. Indien het plafond van €35,41 per dag of €1.416,16 per jaar niet overschreden wordt, is dit forfait onbelast.
Dit jaarbedrag werd opgetrokken tot €2.600,90 voor drie types van vrijwilligers:
- Vrijwilligers in de sportsector
- Nacht- en dagoppassen bij hulpbehoevenden
- Niet-dringend liggend ziekenvervoer (naar, vanuit en tussen ziekenhuizen).
Ook vrijwilligerswerk in het vierde kwartaal van 2020 en het eerste kwartaal van 2021 in het kader van de coronacrisis, valt onder dit verhoogde jaarplafond.
© CERTIFISC – Auteur: Jorn Peyskens